Uitkomsten circulaires 2018
In afzonderlijke raadsbrieven bent u geïnformeerd over de uitkomsten van de decembercirculaire 2017 en over de Maart- en Meicirculaire 2018. De financiële effecten worden zowel bij deze voortgangsrapportage als bij de vaststelling van de begroting 2019 verwerkt. De Maartcirculaire bood nog een positieve uitkomst, die bij de Meicirculaire volledig verdwenen is. Hiervoor zijn 2 hoofdoorzaken aan te wijzen:
- Voor ongeveer de helft wordt dit nadelige effect veroorzaakt door een lagere inflatie. Hierdoor wordt er rijksbreed minder uitgegeven aan compensatie van lonen en prijzen. Doordat de uitkering uit het Gemeentefonds via het zogenoemde ‘trap-op-trap-af principe’ gekoppeld is aan de ontwikkeling van de rijksuitgaven, zorgt dit voor een lager accres. De bedragen lopen op van € 37 miljoen in 2019 tot € 431 miljoen in 2022;
- Voor de andere helft wordt dit veroorzaakt door een andere rekenmethodiek
Gemeenten kunnen de btw die ze moeten betalen declareren bij het Rijk, bij het btw-compensatiefonds. Dit fonds kent echter een plafond. Declareren de gezamenlijke gemeenten méér dan er in het btw-compensatiefonds beschikbaar is, dan moet het Gemeentefonds bijpassen. Blijft er geld over in het btw-compensatiefonds, dan vloeit dit terug naar het Gemeentefonds. In voorgaande circulaires sprak het Rijk de verwachting uit dat er ook de komende jaren geld terug zou vloeien van het btw-compensatiefonds naar het Gemeentefonds. In de becijferingen was hier ook rekening mee gehouden. Dit is echter een onzeker uitgangspunt, immers, als de gezamenlijke gemeenten toch meer btw zouden gaan declareren, dan zou dit voordeel ook automatisch verdwijnen. Het Rijk heeft nu de methodiek in die zin gewijzigd, dat er pas een voordeel wordt ingeboekt als de afrekening van het daaraan voorafgaande jaar daar ook daadwerkelijk aanleiding toe geeft. Een meerjarenprognose wordt vanaf nu niet meer gemaakt. Daarom vindt er nu een uitname uit het Gemeentefonds plaats die oploopt van € 348 miljoen (2019) tot en met € 570 miljoen in 2022.
Samengevat voor het begrotingsjaar 2018:
- De Decembercirculaire 2017 laat geen financiële effecten zien;
- Effect Maartcirculaire 2018 op het begrotingsjaar 2018 is - € 712.000 negatief,
waarvan - € 552.000 structureel en - € 159.000 incidenteel;
- Effect Meicirculaire 2018 op het begrotingsjaar 2018 is € 523.000 positief,
waarvan € 465.000 structureel en € 58.000 incidenteel.
Het totale financiële effect van de verwerking zowel Maart- als Meicirculaire bedraagt
€ 189.000 negatief over het jaar 2018.
Samengevat meerjarig effect:
- De Decembercirculaire 2017 laat nauwelijks (€ 1.000) een financiële effect zien
(raadsinformatiebrief U18.000256);
- Effect Maartcirculaire 2018: de effecten meerjarig zijn al bij de Kadernota 2019 meegenomen (raadsinformatiebrief U18.004556);
- Effect Meicirculaire 2018: de effecten meerjarig worden bij de Programmabegroting 2019 meegenomen (raadsinformatiebrief U18.007482).
@@@ Onderwerp
@@@ Toelichting